U bent hier

Stevensloop 2018

De vierde editie van de Stevensloop vond op 18 maart plaats. Inmiddels een vast evenement voor veel Haasjes. Niet alleen om te lopen, maar ook om hun werkactie te doen. Erg fijn voor de Haasjes om bekende gezichten te zien die je bij de finish opwachten en meteen met een dekentje, wat drinken of een medaille op je afkomen.
 


Allereerst kwamen de lopers van de 5 km in actie. Wat aan te doen was de vraag? Lange tight en thermo of toch alleen singlet en korte tight? Het was koud en er woei een harde wind. Zelfs Ton had vanuit zijn ziekbed zijn lopers nog gewaarschuwd: 'Smeer vaseline op alle onbedekte lichaamsdelen.' Of de lopers zich ook echt aan dit advies gehouden hebben, is niet helemaal duidelijk geworden, maar het geeft nog maar eens aan hoe koud het was. Gezien de extreme wind was het een wedstrijd voor het klassement en niet zozeer voor een goede tijd. Dertien Haasjes liepen de 5km die wat traag van start ging. Pas na drie kilometer werden de verschillen gemaakt. Kamiel en Ties deden goed mee in de race om de eerste plaats. Helaas lukte dat niet, maar mogen ze tevreden terugkijken met een respectievelijke 2e en 3e plaats.

 
 


Door Lino van Enckevort:

 

En toen was het tijd voor mijn afstand, de 10 km. Voor mij was dit niet mijn eerste Stevensloop en het wordt waarschijnlijk ook niet de laatste. Vorig jaar liep ik tijdens deze wedstrijd mijn pr op de halve marathon en dus koester ik goede herinneringen aan deze wedstrijd. Het enige nadeel vorig jaar was de aanwezigheid van een vervelende tegenwind op de dijk. En ook dit jaar was de wind misschien wel de leidraad van de wedstrijd. Dit jaar stond echter de 10 km op het programma. Ik ben in de aanloop naar de marathon, dus werd het weer eens tijd om wat wedstrijdervaring op te doen, want de laatst gelopen wedstrijd was de Zevenheuvelenloop eind vorig jaar.

Hoe staat het er voor met het wedstrijdgevoel? Hoe zit het met de snelheid op een ’relatief korte’ afstand? Vandaag zou het allemaal moeten blijken voor mij. Het was koud, voor de tijd van het jaar, maar daar had ik maling aan. Ik heb de hele winter al gerend onder koude omstandigheden en ben er ergens wel blij mee. Ik heb het snel warm met rennen, dus om het zelf warm te krijgen is geen probleem, de temperatuur zorgt er alleen maar voor dat ik niet zelf heel veel moeite hoef te doen om af te koelen. Om te voorkomen dat ik te erg afkoel voor de wedstrijd kies ik er voor om pas een minuut of 2 voor de start me te melden in het startvak (grijs), waar gelukkig veel ruimte is. Door het weer valt het startschot helaas een beetje tegen maar de wedstrijd is begonnen. 10 km bikkelen, om proberen in de buurt van de 37:00 minuten te komen. De eerste kilometer merk ik dat ik ondanks de plaatsing in een snel startvak toch een stukje sneller wil dan de mensen om me heen wat er voor zorgt dat ik soms (ietwat onhandig) moet inhalen via trottoirbanden om ruimte te zoeken voor in het deelnemersveld. Na een kleine 1,5 km zie ik een bekend gezicht opdoemen, of ja achterkant dan. Is dat niet Miranda? En ze had nog zo gezegd dat ik haar niet in mocht halen. Ik versnel kort zodat ik in de rug van haar groepje aan kan sluiten om even
bij te komen, even kijken hoe de race tot nog toe gaat. De snelheid is goed, maar ik merk wel dat de wind behoorlijk waait. Ik bedenk snel waar de race het moeilijkst wordt, dat zal de eerste helft worden, daarna zullen we de wind misschien zelfs wel in de rug krijgen. Eerst maar eens De Oversteek over. Ik hoor Miranda voor me roepen: “Jongens het waait hard, we gaan georganiseerd kop over kop de brug over”, of iets in die trant. Zal ik mee gaan in het treintje of er van profiteren? Ik kies er in eerste instantie voor om er achter te blijven maar merk al snel dat het net iets te langzaam voor me gaat. Ik kies er voor om de trein in te halen en voor op te gaan lopen. Het waait hard, heel hard, heb ik me dan toch vergist en loop ik me nu kapot? Ik merk dat ik de lopers achter me begin te lossen en dus loop ik de rest van de brug voor en met mezelf, alleen, beukend tegen de wind, maar de gedachte dat ik de rest kon lossen sterkt me. Op dit moment weet ik wel al dat ik mijn gehoopte tijd van vandaag wel uit mijn hoofd kon zetten, en dat werd al helemaal duidelijk bij de doorkomst na 5 km. Met toen al meer dan 19:00 minuten had ik een pr op de 5 km nodig om mijn doel te halen en dat zag ik niet gebeuren. Zeker niet toen we bij de Spiegelwaal kwamen. Ook dit eiland werd een gevecht tegen de wind, de wind was gedraaid. Gelukkig had ik inmiddels een tweetal bijgehaald waar ik fijn in de rug kon gaan lopen. Maar wederom merk ik na een minuut dat het te langzaam gaat en dus haal ik ook dit groepje in, het wordt weer zelf tegen de wind in lopen. Een van beide lopers gaat in mijn rug zitten, en het is een oude bekende, Stijn Hinssen. Bij de Lentloper neemt Stijn de kop over waardoor ik weer even bij kan komen maar dat is helaas van korte duur. Richting de Waalbrug krijgen we de wind weer van voren en neem ik de kop toch maar weer over van Stijn, het lijkt wel afgesproken werk. We draaien de Waalbrug zelf op en Stijn neemt weer de kop van mij over. Wat zal ik doen? Even in de rug blijven of de gok wagen en zelf gaan? Op 1/3 van de brug (waar ook gevoelsmatig de wind schuin van voren kwam) merk ik dat ik nog wel wat over heb voor een versnelling en die komt er dus. Ik loop weg van Stijn en ga al mijn energie er uit gooien op het laatste stuk, dat nog verraderlijk steil omhoog loopt richting het Hunnerpark. Nog een laatste eindsprint
over de klinkers van de Burchtstraat en ik ben binnen. De tijd neem ik voor lief, ik ben tevreden. Het was een zware wedstrijd die ik beter heb overleefd dan dat ik zelf had gedacht en dus kan ik terug kijken op een geslaagde wedstijd. Ik hoor van iedereen om me heen dat de wind zwaar was, ik was dus niet de enige die dat vond. Met mij liepen er nog 4 andere lopers in naam van ’t Haasje en voor zover ik het heb kunnen peilen was iedereen (ondanks de tijd) tevreden met het resultaat.

Ondanks het weer kijk ik in ieder geval terug op een mooie wedstrijd die voor mij nu al op de agenda van volgend jaar staat, maar welke afstand ik dan loop is me nog niet duidelijk. Nu gaat mijn blik in ieder geval richting Rotterdam waar een marathon gelopen gaat worden.

 


Door Maartje van Gisbergen:

Afgelopen zondag 18 maart was het dan zover… mijn eerste halve marathon. 
Mijn voorbereiding was niet echt ideaal te noemen vanwege mijn blessureleed. Dit is ook de reden dat ik vanaf december nauwelijks baantrainingen heb gedaan, maar wel alternatieve trainingen zoals spinnen, krachttraining en zwemmen. Verder heb ik wel geprobeerd minimaal eens in de week een duurloop te doen. Na deelname aan de zevenheuvelennacht heb ik samen een vriendin afgesproken te gaan deelnemen aan de Stevensloop halve marathon. Helaas kreeg zij de griep en leek het erop alsof ik de halve marathon in mijn eentje zou moeten gaan lopen, terwijl juist zij al ervaring had op de halve marathon. De week voorafgaand aan de halve marathon heb ik continue gewikt en gewogen, ga ik de halve doen of toch de 10 km? Ik kon maar niet beslissen en veel mensen aan wie ik een mening vroeg gaven andere adviezen. Zo’n 2 uur voor de start van de halve marathon besloot de vriendin van mij toch de halve marathon met mij te lopen in plaats van de 10km op mijn startnummer. De avond en ochtend voor de start van de halve marathon sloeg mijn hoofd op hol, ik kon alleen maar denken kan ik dit wel? Mijn verste duurloop tot zondag was de 16,1km bij de midwinter marathon. Dat mijn vriendin toch meeliep was mijn redding zij had immers ervaring hoe een halve marathon in te delen qua tempo. Aangezien het mijn debuut op de halve marathon was had ik één doel voor mezelf en dat was UITLOPEN. De race zelf was onder vrij extreme omstandigheden, vooral de wind maakte het enorm zwaar. Ik had me op het ergste voorbereid, maar tot de 19km ging het me goed af. Na de 19km ging de vermoeidheid wel meespelen en kwam weer die stomme wind opzetten. Mijn vriendin vroeg nog aan me of ik een eindsprintje zag zitten, mijn antwoord was heel duidelijk NEE! Met de finishboog in zicht besloot ik toch een eindsprint in te zetten, het resultaat was een eindtijd van 2.12.29. Ik hoop zeker in komende halve marathonwedstrijden sneller te lopen, maar onder deze omstandigheden en met mijn voorbereiding ben ik tevreden met mijn eindtijd. Naast mij deed ook Bram v. S. aan de halve marathon mee. 

Nu op naar mijn volgende halve marathon in Enschede op 22 april.

 

Meer wedstrijdverslagen lezen?